Katrien De Ruysscher: “Door zelf moeder te worden, ben ik naar mijn verleden beginnen te kijken”

Ontdek de sleutelmomenten van actrice Katrien De Ruysscher – Foto: Jan Crab

Wat maakt iemand tot wie hij/zij is? Welke momenten blijven iemand tot in de eeuwigheid bij? In Sleutelmomenten vertelt een m/v/x welke momenten de sleutel zijn tot zijn (on)geluk vandaag, op het vlak van relaties, ondernemen, onderdak en afscheid.

“Het is toch heavy en snel heel persoonlijk, zo je leven op een rijtje zetten en daar de belangrijkste momenten uit selecteren. Ik hoop dat ik daarin geslaagd ben.” Jazeker, Katrien De Ruysscher. Een uur was te kort om het hele verhaal van de actrice te vangen.

Wie is Katrien De Ruysscher?
Katrien De Ruysscher (°1978) start haar carrière als theateractrice, maar wordt in de tv-wereld “gegooid”, zo zegt ze zelf, met haar rol in Veel geluk, professor. In de jaren die volgen, werkt ze onder andere als freelancer – “niet zo’n fijne periode, ik haatte het afscheid nemen dat met elke productie gepaard ging” – om daarna thuis te komen bij Vlaanderens populairste soap. In Thuis geeft ze intussen al tien jaar gestalte aan dokter Judith, een vrouw die – naar eigen zeggen – maar weinig gemeen heeft met haarzelf. (“Mijn kinderen lachen vaak met mijn nonchalance en vergetelheden, Judith is een stuk gestructureerder.”) Als ze niet op de set staat, domineert vluchtelingenwerk haar agenda. In 2016 lanceert ze met een groep vrijwilligers het project ‘945 in beeld’ – met verhalen van vluchtelingen die toen in het Lommelse asielcentrum verbleven –, vandaag is ze de buddy van Ibrahim, een van de vluchtelingen die ze onder haar hoede neemt. Binnenkort staat een – nu nog geheim – tv-project op de planning.


“Ik ben nooit echt bezig geweest met mijn verleden,” zegt Katrien, “hoewel ik wel wat bagage heb. Mijn jeugd was niet rooskleurig, maar dat besef is pas op latere leeftijd gekomen. Toen ik kinderen kreeg, ben ik toch eens met mezelf rond de tafel gaan zitten.” Food for thought, dus, en hoog tijd voor haar sleutelmomenten.

LIEFDE EN RELATIES

“Een vliegende start, zo zou je het begin van de relatie met mijn man wel kunnen noemen. Op een jaar tijd kochten we een huis, trouwden we en kregen we een kind. We kennen elkaar intussen veertien jaar, maar toen mocht het snel gaan. We hadden geen zin meer in iets vrijblijvends. We voelden dat het goed zat, dus zijn we gesprongen.”

Je bent getrouwd met de vader van je drie kinderen. Wat gaf de doorslag: het romantische idee of de praktische voordelen?
“Een combinatie van de twee. We hadden op dat moment een huis en ik was zwanger van ons eerste kind, dus er was al verbondenheid. Een huwelijk was daar een logische uitloper van. Omdat er een kindje op komst was, zagen we de voordelen van de juridische kant van een huwelijk wel in. Het romantische gedeelte van onze trouw bleef bescheiden, die dag. Ik was zes maanden zwanger, dus het feest was heel intiem. Van dat grote dansfeest dat we toen beloofd hebben, moeten we nog altijd werk maken, dertien jaar later.” (lacht)

Je ouders gingen uit elkaar toen je acht was. Heeft dat je blik op relaties veranderd?
“Toch wel. Als ik hoor dat mensen gaan scheiden, denk ik altijd eerst aan de kinderen. Zeg nooit nooit, maar ik ben redelijk zeker dat Jan en ik nooit uit elkaar zullen gaan. Ik wil mijn kinderen niet aandoen wat ik meemaakte toen mijn ouders door hun scheiding gingen. Mijn vader is toen vertrokken en ik heb hem nooit meer gezien of gehoord. Op mijn achttiende is hij gestorven. De vaderfiguur die ik voor het grootste deel van mijn leven gemist heb en die pijnlijke scheiding, die hebben een wonde achtergelaten. Ik heb het zo gemist om in een volledig gezin op te groeien. Mijn jeugd was verfrommeld, besefte ik op het moment dat ik zelf moeder werd.”

“Onze kinderen een gezinsgevoel geven vind ik daarom zó belangrijk. Ik moet me niet zo uitsloven, zegt mijn man soms. (glimlacht) Het is sterker dan mezelf. Ik wil Lucas (12), Rosie (10) en Oscar (6) een thuis geven met twee ouders waarnaar ze altijd kunnen terugkeren. Het is een krasse uitspraak, maar ik zou liever ongelukkig zijn in een relatie dan mijn kinderen met een scheiding op te zadelen. Als mijn man en ik zonder ruzie, maar als broer en zus zouden kunnen samenleven? Liever dat dan de kinderen die zich versplinterd voelen tussen twee huizen en altijd een van hun ouders moeten missen.”


“Afscheid nemen was een rode draad doorheen mijn jeugd” – Katrien De Ruysscher

AFSCHEID

“Tussen mijn achtste en achttiende heb ik van veel mensen afscheid moeten nemen. De nieuwe partner van mijn moeder, een nonkel… Afscheid nemen hoorde van jongs af aan bij mijn leven. De meeste overlijdens waren het gevolg van ziekte – dan kon ik me toch enigszins voorbereiden. Enkel het overlijden van mijn vader op mijn achttiende kwam als een klap. Ik had hem al jaren moeten missen, en hoorde plots dat dat gemis definitief geworden was.”

Is de dood een moeilijk thema voor jou?
“Ik ben er niet graag mee bezig. Voor mij blijft dat gepaard gaan met een zekere boosheid. Toen mijn vader stierf, was ik nog zo kwaad over zijn vertrek dat ik zelfs niet naar de begrafenis ben geweest. In die periode wist niemand dat ik mijn vader verloren was – het heeft me jaren gekost om het deksel van dat afgesloten potje te lichten. Het is pas sinds een aantal jaar dat ik mezelf toelaat om te rouwen om mijn jeugd. ‘Er is overal wel iets’, zei ik altijd tegen mezelf. Maar dat is geen reden om je eigen verdriet te blokkeren.”

Ben je bezig met je eigen einde?
“Veel te weinig. Ik leef gewoon te graag. Ik zeg altijd dat ik een groot feest wil in plaats van een begrafenis. Maar nu je het zegt: misschien moet ik daar toch vaker bij stilstaan – orgaandonatie en een regeling rond euthanasie wil ik al zo lang vastleggen, maar het komt er gewoon niet van. De dood en afscheid nemen zijn geen thema’s die wekelijks bij ons op tafel komen, integendeel. De kinderen hebben het verlies van een van mijn omen meegemaakt, maar dat is het eigenlijk zowat. Het is wel een onderwerp waarover ik het in de toekomst vaker wil hebben. De dood moet bespreekbaar zijn, net als elk ander thema. Maar ik merk dat ik dat nog altijd uit de weg ga.”



WONEN

“Ik ben vroeg uit huis getrokken – ik was achttien toen ik mijn vleugels uitsloeg – en heb op verschillende plekken gewoond. In het begin van de relatie met mijn man was dat in Hoboken. Onze oudste is daar nog naar school gegaan, tot die school moest sluiten. We kwamen op wachtlijsten terecht, vonden geen school die bij ons paste… Enfin, mijn man stelde voor om naar Lommel te verhuizen, waar hij vandaan komt. We zouden dichter bij de natuur wonen, de schoonouders zouden de kleinkinderen vaker zien… Ik stond er eerst niet voor te springen, dus sloten we de deal dat we het een periode zouden proberen en naar Antwerpen zouden terugkeren als Lommel me niet lag. Die verhuizing is mijn grootste geluk geweest. Vandaag wonen we hier nog altijd.”

Woonde je in die ‘proefperiode’ in een huurhuis?
“Nee, al was dat oorspronkelijk wel het plan. Maar ik botste op een huis dat te koop stond en was verkocht. Nu ben ik blij dat we toen meteen gekocht hebben. Onze lening loopt nog een aantal jaar, maar dit (wijst rond zich, red.) is wel van ons, hé. Vastgoed is een investering – ook voor onze kinderen later –, terwijl je met huren veel geld verliest.”

Hoe belangrijk is een eigen plek voor jou?
“Heel belangrijk, en tegelijk ook niet. Alles hangt samen met herinneringen. Ik weet nog dat ik melancholisch stond te wezen in ons Antwerpse huis op de plaats waar de wieg van de kinderen had gestaan. Ik kon me niet voorstellen dat de kinderen nooit meer op die plek zouden komen. Maar kijk, nu wonen we in een ander huis en maken we hier nieuwe herinneringen. Ik ben verknocht aan dit huis, maar zou hier tegelijk ooit wel kunnen vertrekken. Herinneringen hangen samen met een hoop stenen, maar draag je ook met je mee.”


“Ik zie mezelf wel als een ondernemer, alleen niet in de traditionele zin van het woord” – Katrien De Ruysscher

GELD EN ONDERNEMEN

“Ik neem Ibrahim, een Palestijnse vluchteling die ik een aantal jaar geleden leerde kennen in het Lommelse asielcentrum, op sleeptouw. We zoeken samen naar een appartement, ik leer hem over onze normen en waarden… Mijn vluchtelingenwerk heeft me tot in Somalië gebracht met Rudi Vranckx. De verhalen van de mensen daar komen binnen, hoor. Dat heeft me nog maar eens doen inzien dat anderen het met veel minder moeten doen dan wij.”

Is geld belangrijk in je leven?
“Ik ben de goedkoopste vrouw die iemand zich kan wensen, zeg ik vaak tegen mijn man. (lacht) Als ik een mooie jas zie hangen, zal ik altijd eerst naar het prijskaartje kijken. En die jas dan toch terughangen. Dus nee, ‘geld’ als in ‘materialisme’ speelt niet zo’n belangrijke rol. Ik ben heel tevreden dat we niet elke euro hoeven om te draaien, maar dat is soms dubbel. Onze kinderen hebben – zoals zoveel kinderen – én een Nintendo én een iPad én een iPhone, maar eigenlijk is dat toch niet normaal te noemen? (denkt na) Dat is een stuk overcompensatie van mijn kant, hoor. We hadden het thuis vroeger niet breed. Niet dat ik met kapotte schoenen naar school moest, maar het was wel rekenen wanneer we dat nieuwe paar zouden kunnen kopen. Kleren kochten we meestal tweedehands, op reis gaan was geen evidentie. Mijn moeder stond er alleen voor en werkte hard, maar met een klein loon moest ze zichzelf en twee kinderen onderhouden.”

“Jan en ik proberen de kinderen de waarde van geld mee te geven. Als hun iPhone valt, zullen ze het met een kapot scherm moeten doen. Ze hebben ook elk hun eigen spaarpot: als ze een zoveelste prul willen kopen, moeten ze die zelf betalen. Maar liever nog leer ik hun dat sparen belangrijk is. Als ze alle centjes van hun verjaardag bijhouden, kunnen ze later dat ene grote ding kopen waarnaar ze al zo lang verlangen. Maar goed, kinderen zijn kinderen – vaak willen ze liever die prul die na een week in een hoek vliegt. Het is een leerproces, zowel voor hen als voor ons.” (lacht)

Je vluchtelingenwerk bewijst dat je een ondernemend type bent. Zie je jezelf als een ondernemer?
“Als ‘ondernemer’ voor jou synoniem is voor ‘zakenvrouw’, dan niet. Ik herinner me mijn periode als freelancer, waarbij ik mezelf telkens opnieuw moest ‘verkopen’. De juiste tarieven vragen, contracten controleren… Daar was ik geen held in. Tegenwoordig werk ik in loondienst, waardoor ik op financieel vlak meer rust heb gekregen. Dat betekent niet dat ik op mijn lauweren rust, hoor. Ik besef goed genoeg dat mijn rol in Thuis morgen kan verdwijnen en ik dan mijn financiën zal moeten herbekijken.”

“Maar goed, ondernemen dus. Ik zet me al jaren in voor vluchtelingenwerk. Voor mij is dat even veel waard als een goed draaiende zaak uit de grond stampen. Toen het Lommelse vakantiepark Parelstrand negen jaar geleden opengesteld werd als asielcentrum, stootte dat bij veel Lommelaars op onbegrip. Met een paar gelijkgestemden zette ik toen het project ‘945 in beeld’ op poten. We verzamelden verhalen van vluchtelingen en verspreidden die via sociale media om te tonen dat niemand zomaar alles achterlaat om elders opnieuw te beginnen. Zo hoopten we het begrip voor asielzoekers te vergroten, en dat is ons eigenlijk wel gelukt.”

“Ibrahim was een van van de vluchtelingen die ik toen leerde kennen. Hem volg ik vandaag nog op. Ik help hem te integreren, ga mee op zoek naar een appartement… Dat is helemaal mijn ding: ik investeer liever in menselijk kapitaal dan in een business die een getal met zes nullen kan opleveren. Ik zie mezelf dus wel als een ondernemer, alleen niet in de traditionele zin van het woord. Door mijn vluchtelingenwerk heb ik gelijkgestemden ontmoet, vrienden gemaakt, diepe gesprekken gevoerd met mensen van aan de andere kant van de wereld… Dat maakt van mij een écht rijk mens.”

Info en tips over de sleutelmomenten in jouw leven? Neem een kijkje op Notaris.be.

Tekst: Maud Vanmeerhaeghe – Foto’s: Jan Crab

Geef een reactie