En plots ben je erfgenaam… 5 zaken die je moet weten over erfenissen


In het VTM-programma “Erfgenaam gezocht” trekt Axel Daeseleire eropuit om verloren erfgenamen te vinden. Erfenissen roepen veel vragen op. Logisch, want praten over de dood en wat er met ons vermogen gebeurt wanneer we er niet meer zijn, is geen dagelijkse bezigheid. NotaBene schotelt je daarom het antwoord voor op vijf belangrijke vragen over erven.

1. Wat gebeurt er als je geen erfgenamen hebt?

Als er geen erfgenamen zijn of als zij de nalatenschap weigeren, gaat het om een “erfloze” nalatenschap. Zo’n nalatenschap gaat naar de Staat. Zij kan kiezen om deze erfenis niet op te vorderen. Want ook de Staat moet successierechten betalen. Die kunnen bij omvangrijke bedragen oplopen tot 55% . Bovendien moet de Staat een zware procedure volgen om in het bezit te komen van deze erfenissen en daar komen de nodige kosten bij kijken.

Als ook de Staat de erfenis weigert, gaat het om een “onbeheerde” nalatenschap. De rechtbank stelt hiervoor een curator aan. Hij zal de aanwezige goederen verkopen, schulden afbetalen en een eventueel saldo storten in de  Deposito- en Consignatiekas.

2. Kan je schulden erven?

Zeker. Juist omwille van de schulden, beslissen erfgenamen soms om een erfenis te verwerpen. Als erfgenaam heb je drie mogelijkheden. Eenmaal je een keuze hebt gemaakt, kan je in principe niet meer terug:

  • Je aanvaardt een erfenis “zuiver”: de erfenis komt in je vermogen, maar je staat ook in voor de schulden en je betaalt successierechten.
  • Je aanvaardt een erfenis onder voorrecht van boedelbeschrijving: De notaris maakt een inventaris van alle baten en schulden van de erfenis. In dit geval zal je nooit meer schulden moeten terugbetalen dan wat je erft. In het ergste geval erf je gewoon niets. Eventueel zal je wel successierechten moeten betalen.  
  • Je weigert de erfenis: je erft niets, maar je moet geen schulden of successierechten betalen.


Een erfgenaam heeft dertig jaar tijd om een erfenis al dan niet te aanvaarden. Een erfgenaam die na jaren plots opduikt, kan zijn erfenis binnen een periode van dertig jaar terugeisen van de Staat.

Een zee van tijd dus om je keuze te maken? Niet helemaal. Want een erfgenaam heeft na een overlijden slechts drie maanden om over te gaan tot een inventaris van de goederen. Daarna volgt een termijn van veertig dagen om een keuze te maken (Bij een duidelijk positief saldo, kan de erfgenaam nog kiezen om “zuiver te aanvaarden”). Na deze termijn van drie maanden en veertig dagen, kunnen de schuldeisers van de overledene aankloppen en de erfgenaam dwingen een keuze te maken.  

Een erfenis zuiver aanvaarden kan ook impliciet, zeg maar “per ongeluk”. Wie goederen gebruikt, te veel geld van de rekeningen van de overledene haalt, overgaat tot de verkoop van goederen van de overledene… geeft impliciet aan dat hij de erfenis aanvaardt. En dat heeft gevolgen. Wie wacht, neemt dus risico’s.

3. Naar wie gaat de erfenis als je je erfdeel weigert?

De wet voorziet een volgorde. Als iemand zijn erfdeel weigert, komen de afstammelingen in aanmerking om te erven:  eerst de kinderen en indien één van de kinderen vooroverleden is, zijn eigen kinderen. Zij erven dan in de plaats van hun ouder (vandaar het begrip “plaatsvervulling”).

Ook minderjarigen kunnen erven, maar de keuze om hun erfenis zuiver te aanvaarden, te aanvaarden onder voorrecht van boedelbeschrijving of zuiver te verwerpen gebeurt via hun wettelijke vertegenwoordiger (meestal de overlevende ouder). De notaris zal de erfenis verdelen, onder toezicht van de vrederechter.


4. Kunnen ouders erven van hun kinderen?

Indien de overledene geen kinderen had, dan erven de ouders samen met broers en zussen de erfenis. Elke overlevende ouder heeft dan recht op 1/4de van de erfenis.

Vaak komen deze erfgenamen in samenloop met de overlevende partner van de overledene. In ons erfrecht erft de huwelijkspartner de nalatenschap in vruchtgebruik. Dat betekent dat de langstlevende partner altijd minstens in de gezinswoning zal mogen blijven wonen. De wettelijk samenwonende partner erft ook het vruchtgebruik van de gezinswoning, maar niet van andere goederen. In tegenstelling tot bij gehuwden kan dit erfrecht wel beperkt worden door schenkingen of legaten.

Ouders hebben geen “erfrechtelijke reserve”. Ze kunnen erven, maar ze kunnen hun erfdeel niet opeisen als hun kind aan successieplanning deed en zo hun erfrecht beperkte. Vaak willen mensen bijvoorbeeld meer of alles toekennen aan hun partner wanneer ze zouden overlijden. Enkel als de ouders financieel behoeftig zijn, kunnen ze een erfdeel opeisen.

5. Wie zoekt de erfgenamen op?

De notaris en zijn team bekijken de juridische voorgeschiedenis van de overledene: had de overledene een testament? Is er een huwelijkscontract? Had hij schenkingen gedaan? Zo kan de notaris met zekerheid bepalen wie recht heeft op welk deel van de erfenis. Zijn de erfgenamen bekend, dan zal de notarissen hen contacteren. Hij verdeelt niet enkel de erfenis, maar adviseert en informeert erfgenamen.

Zijn de erfgenamen niet bekend, dan begint een zoektocht. Onbeheerde nalatenschappen worden gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad. In principe kan iedereen een onderzoek beginnen. In de praktijk gebeurt op het opsporen door experten. “Verloren” erfgenamen opsporen is de taak van de erfrechtelijke genealogen. Zij stellen een volledige stamboom op, en zoeken in opdracht van een notaris, de rechtbank of een advocaat de erfgenamen op. Genealogen hebben vaak correspondenten in het buitenland. Want erfgenamen kunnen zich in alle uithoeken van de wereld bevinden…

Meer info en tips op Notaris.be.

Geef een reactie