Met je (schoon)ouders onder één dak: 9 snelle vragen

on

KangoeroeWonen26 blog extra
Voor je ouders zorgen op hun oude dag of wanneer ze het zelf niet meer kunnen. Handiger dan elke dag kilometers te doen naar je ouderlijk huis en goedkoper dan een rusthuis is het om je ouders bij je te laten inwonen. Met of zonder duidelijke afspraken vooraf – aan jou de keuze. Feit is wel dat er heel wat regels bestaan over jouw zorgwoning.

1. Kangoeroewonen of zorgwonen?
Één huis, twee huishoudens: dat hebben kangoeroe- en zorgwoningen met elkaar gemeen. In beide gevallen worden uit een woning twee woongelegenheden gecreëerd. In Vlaanderen is dat echter niet zomaar toegestaan, waardoor de keuze voor een zorgwoning mogelijks een betere optie is. Het concept ‘zorgwonen’ is verankerd in de stedenbouwkundige regelgeving: daardoor heb je misschien zelfs geen vergunning nodig.

2. Hoe moet een zorgwoning eruitzien?
In je bestaande of nieuw gebouwde woning creëer je een kleinere, ondergeschikte woonst: de zorgwoning. Die beslaat maximaal een derde van de totale woonoppervlakte, de ruimtes gedeeld met de hoofdwoning niet meegerekend.

3. Wel of geen vergunning?
Met een zorgwoning creëer je een kleinere woongelegenheid binnen een grotere woning. In veel gevallen hoef je je woonoppervlakte daarvoor niet te vergroten. Er is dus geen vergunning nodig en het volstaat om de gemeente op de hoogte te brengen. Breid je het bestaande woonvolume uit, dan vraag je wel een stedenbouwkundige vergunning aan. Ook als je een einde maakt aan het zorgwonen, meld je dat bij de gemeente.

4. Afzonderlijke belastingen?
Dat hangt ervan af. Bij kangoeroewonen in een eengezinswoning is er één kadastraal inkomen, één onroerende voorheffing en worden alle inwoners tot hetzelfde gezin gerekend. Bij meergezinswoningen of zorgwoningen is dat anders, want de overheid beschouwt je in dat geval als aparte gezinnen. Ook op studietoelages, werkloosheidsuitkeringen, ziektevergoedingen… heeft zorgwonen geen invloed. Je staat immers ingeschreven onder aparte codes, ook al woon je op hetzelfde adres.

5. Zorgwonen voor iedereen?
Wie het hoofdhuis bewoont, de eigenaars of de inwonenden, maakt niet uit. De inwonenden mogen echter met maximaal twee personen zijn, van wie minstens een iemand 65 jaar en/of hulpbehoevend is. Ook de zorgverlener zelf kan zijn intrek nemen in de zorgwoning als de hulpbehoevenden de hoofdwoning bewonen.
KangoeroeWonen16 blog3
6. Wie is eigenaar?
Zowel de bewoner van de hoofd- als de bijwoning kan hoofdeigenaar zijn. Het belangrijkste is dat beide woningen dezelfde eigenaar(s) hebben.

7. Zorgwonen in een huurhuis?
Dat kan, maar daarvoor is toestemming van de huisbaas nodig. Omgekeerd is ook mogelijk: als hoofdbewoner kan je in principe huur vragen aan de inwonende(n). Die laatste valt dan onder het huurdersstatuut, waardoor je hem of haar niet (zomaar) op straat kan zetten.

8. Langs de notaris?
Moet je je woning nog kopen of bouwen, dan is een afspraak bij de notaris aangewezen. Hij of zij maakt je wegwijs in de financiële afspraken en koopmogelijkheden. Bij de notaris leg je bijvoorbeeld vast dat de zorgbehoevende ouders van de echtgenoot niet uit het huis gezet kunnen worden mocht de echtgenote alleen komen te staan.

9. Premies mogelijk?
Enkel voor renovatiewerken kan je de traditionele premies aanvragen. Specifieke ‘zorgwoningpremies’ bestaan niet. Als je een woning verbouwt tot hoofd- en zorgwoning, kom je misschien wel in aanmerking voor de aanpassingspremie voor 65+’ers of voor een tegemoetkoming voor hulpmiddelen voor personen met een handicap.
KangoeroeWonen05 blog
Lees ook het verhaal van Yvan en Sandra. Zij namen ouders én schoonouders in huis!

Geef een reactie