Hans Bourlon (Studio 100): “Alles staat of valt met de mensen die hier werken. Hier staan geen machines”

Hans Bourlon 5 klein

“Je moet jezelf blijven in vraag stellen”

Hans Bourlon mag dan minder op het scherm komen dan zijn zakelijke tweelingbroer Gert Verhulst, op het schip van Studio 100 hebben beide ondernemers het roer even stevig in handen. Dat ondernemen een zaak is van falen en weer opstaan, van durven en doen, maar ook van vechten tegen hoogmoed, vertelt Bourlon. “Als je op handen wordt gedragen en je denkt dat alles vanzelf gaat, dan loop je zo de afgrond in.”

Als we nu terugblikken is Studio 100 een succesverhaal. Maar hadden jullie kunnen vermoeden dat een simpele sketch met een bobtail zou leiden tot de multinational die het bedrijf vandaag is?
“Toeval is een belangrijke factor in de groei van een bedrijf. Toen wij in 1989 met Samson begonnen, was dat het juiste concept op het juiste moment. Er was weinig concurrentie als het op kinderprogramma’s aankwam. Wie vandaag met een idee afkomt van een hond met zijn baasje en een buur die kapper is… veel geluk, je zal er niet ver meer mee geraken. Maar toen was dat een instant succes. En zodra iets succes heeft, wordt het relatief makkelijk om dat uit te bouwen omdat je mensen met goeie ideeën aantrekt. Dan komt het erop aan de juiste keuzes te maken.” 

Toch duurde het nog zeven jaar voor jullie Studio 100 oprichtten.
Vandaag zien starters het vaak meteen heel groot, maar toen ging dat veel geleidelijker. We hadden een incubatieperiode waarin we in de luwte konden aftasten wat werkte en wat niet. We waren toen met vijf man, schreven zelf de verhalen en de liedjes, we gingen mee op tournee. Dat was allemaal nog kleinschalig. En toen begon het bedrijf geleidelijk te groeien tot we vandaag zes pretparken hebben, waaronder één in Duitsland en één in Nederland en een waterpark. En we plannen nog twee extra waterparken. Daarnaast hebben we nog onze tekenfilmstudio’s in Parijs en Sydney. Intussen gaat het dus om heel veel mensen.”

“Toen we met Samson begonnen, was dat een spontaan idee. Maar eens we een bedrijf wilden oprichten, werden we met praktische hindernissen geconfronteerd. Want je kan geen patent nemen op een hondje, dat is te algemeen. En de naam Samson was ook al genomen in verschillende categorieën. Het was al een schoenenmerk en er was de tabaksproducent Samson, die ook shows organiseerde voor hun promotiecampagne. Dat was een probleem want wij wilden ook shows brengen, zij het dan in de sector van het familie-entertainment. Daarom hebben we er toen Samson en Gert van gemaakt.”

Hans Bourlon 4 klein

“Als je op handen wordt gedragen en je denkt dat alles vanzelf gaat, dan loop je zo de afgrond in.”

“Op een bepaald moment vroeg VTM ons of we voor hen een kinderprogramma konden maken. Alberto en Octaaf waren bij de opnames eens gek aan het doen met pinnenmutsen en toen ontstond het idee om iets met kabouters te doen. Trial and error, zo gaat dat vaak in onze sector. Nu is een kabouter ook weer een figuur waar je niet zomaar een patent op kan nemen. Daarom hebben we die muts met twee punten bedacht die omhoog gaan wanneer de kabouter emotioneel is. Dat was de gimmick die we hebben gezocht op basis van de ervaring die we met Samson hadden opgedaan. Al was ook dat wat zoeken: in het begin zat er altijd iemand achter de kabouters om hun muts omhoog te trekken, dat kon toen nog niet automatisch. Om maar te zeggen: ondernemen, dat is kijken, leren en bijsturen, elke dag.”

Als je sommige tv-programma’s mag geloven, draait ondernemen vooral om feesten en dure wagens. Is uw boek ‘De blik van Bourlon’ een manier om dat beeld te counteren?
“Er zijn natuurlijk verschillende stijlen van ondernemen, maar het is in elk geval hard werken. In die zin werpt mijn boek een ander licht op hetzelfde thema. In het boek, dat een samenvatting en een herwerking is van de columns die ik schreef voor De Tijd, komen situaties aan bod die voor iedereen herkenbaar zijn, maar dan met Studio 100 als decor. Het gaat over vooroordelen, over identiteit over samenwerken met mensen, over de grote menselijke drama’s die ook in een bedrijf gebeuren, gaande van een ongeluk in Plopsaland tot een grote fraudezaak.”

Want ook bij Studio 100 schijnt de zon niet altijd.
“Zeker niet. Een aantal jaar geleden hebben we nog een sputtering gehad. We hadden net de stekker uit K3 getrokken en hoewel er veel applaus was voor de zoektocht naar de nieuwe K3 was er een grote min onder K3 die we nooit eerder hadden gehad. We hadden dat jaar ook weinig tekenfilms opgeleverd dus boekhoudkundig was dat geen goed jaar. Maar intussen is dat weggewerkt en ziet de toekomst er rooskleurig uit. Nu is groeien geen doel op zich, maar als je groeit trek je wel weer goede mensen aan. Want alles staat of valt met de mensen die hier werken. Hier staan geen machines.”

“We hebben nog moeilijke periodes gehad. Toen we het Melipark overnamen in 1999 was dat allesbehalve een instant succes. Het heeft drie jaar geduurd voor we daar winst maakten. Je kan wel dikke boeken lezen over hoe je een pretpark runt, maar ver geraak je daar niet mee. Het is geen wetenschap. Je moet vooral kijken: wat eten mensen in zo’n park, waar gaan ze naartoe? En daar moet je op inspelen. Veel hangt af van allerlei omstandigheden die je niet altijd in de hand hebt. Zo weten we nu dat mensen in het indoorpark in Hasselt andere dingen eten dan in De Panne omdat de beleving daar anders is. In De Panne is het strand dan weer onze grootste concurrent. Na drie dagen op het strand hebben de mensen dan plots zin in iets anders en staat er 20.000 man voor de ingang. Door onze ervaring en de praktische kennis die we dag in dag uit opbouwen, kunnen we daarop inspelen.”

Zijn er dingen waar je spijt van hebt?
“Tja, de projecten die gefaald zijn, dat is nooit leuk natuurlijk. Maar ik heb eerder spijt van dingen die we niet gedaan hebben. Zo stonden we enkel jaren geleden kort bij een overname van de Teletubbies. We betekenden nog niet veel in Engeland dus dat was een mooie opportuniteit. Maar er was een en ander niet in orde met de rechten dus hebben we hen een maand de tijd gegeven om alles in orde te brengen. In die maand heeft een andere overnemer de Teletubbies gekocht. Dat was een lesje in nederigheid voor ons. We waren te zeker van ons stuk.”

Hans Bourlon 1 klein crop

Wat zijn de valkuilen waar je als ondernemer voor moet opletten?
“Hoogmoed. Het is makkelijk om in die val te trappen als iedereen voor je applaudisseert. Dan ga je op je lauweren rusten. Maar je moet altijd kritisch blijven. Altijd jezelf en de beslissingen die je neemt in vraag stellen. Ook ons is dat niet altijd gelukt. Het verhaal met de Flandria-boten bijvoorbeeld. Daar zijn we veel te ver uit onze comfortzone gegaan. Onlangs hebben we de stekker eruit getrokken en dat was niks te vroeg. Het was nogal naïef om te denken dat als je een oud pretpark nieuw leven kan inblazen dat je dan ook een rederij kunt reanimeren. Dat was misplaatste zelfzekerheid van ons. Zoals de haan die denkt dat zon opkomt omdat hij kraait.”

Hoe zorgt u ervoor dat u met beide voeten op de grond blijft?
“Je moet altijd terug naar je roots gaan. Ik zie bijvoorbeeld nog geregeld de gasten waarmee ik in de scouts zat in Baardegem. Dan gaan we samen fietsen en kan ik mijn dialect weer spreken. Dan ben ik gewoon weer die jonge gast van dertig-veertig jaar geleden. Een tijdje geleden was ik zo op de kermis in mijn geboortedorp. Ik moest even naar mijn auto voor een conference call met New York en een uur later stap ik met de glimlach uit en ben ik weer op de kermis. Je maakt soms gekke sprongen door tijd en ruimte. Daar moet je mee om kunnen.”


Wat maakt van iemand een goeie ondernemer?
“Ondernemen is: af en toe een vlag planten op onbekend terrein en dan je proberen daar naartoe te trekken. Pas als je daar bent kan je inschatten of je die weg verder op moet. Maar je moet er altijd voor zorgen dat je nog terug kan. Je mag niet alles op het spel zetten. En voorts moet je je goed omringen met mensen die het verschil maken en hen de kans geven om open te bloeien. Je moet aan de zijlijn staan en zeggen: hier is een voetbalveld, twee goals en een bal, sjot maar en wij komen kijken.”
“Soms moet je ook stappen zetten die op het eerste gezicht niet evident zijn. Als je een stappenplan probeert te volgen dan zal je niet ver geraken. Een goeie ondernemer heeft genoeg zelfvertrouwen om te denken ‘het komt wel goed’. Je moet ook een beetje een neus hebben voor kansen die zich voordoen en goeie mensen aantrekken die je pad kruisen en met wie je samen het onbekende kan overwinnen. En een portie buikgevoel. Er is helaas geen boek met formules hoe je van je zaak een succesverhaal kan maken. Doen en proberen, dat is de kern van de zaak.”

“In Amerika zeggen ze van falen dat het een litteken is dat je mooi maakt.”


En wat als het mislukt?
“Dan moet je je valies pakken en herbeginnen. In Amerika zeggen ze van falen dat het een litteken is dat je mooi maakt. In Vlaanderen ligt dat moeilijker. Banken zijn voorzichtiger als je al een mislukking hebt opgelopen. Falen is nochtans belangrijk, je kan er veel uit leren. Ondernemen en falen gaan samen. Banken zouden falen niet als een smet mogen zien maar als een teken van durf. Het zijn de durvers die het verschil maken.”

Hans Bourlon 3 klein


Zelf aan de slag gaan als ondernemer? Dat begint op Notaris.be!

‘De Blik van Bourlon’ is uitgegeven bij Manteau

Tekst: Eva Van den Eynde – Foto’s: Thomas De Boever

2 reacties Voeg uw reactie toe

  1. Willie Wete schreef:

    Mooi stuk bedankt voor het delen!

  2. Louise schreef:

    Mooi en inspirerend interview! Ik ben helemaal akkoord met zijn stelling om af en toe een stap in het onbekende te nemen.

Geef een reactie